Diesellocomotief 365 425 van de Deutsche Bundesbahn.

Oriëntrode kleurstelling
■ Goed zicht door cabine
■ Motorkappen precies op schaal
Afzonderlijk gemonteerde rangeergrepen
LED-koplampen aan beide zijden
Metalen stangen

De Deutsche Bundesbahn schafte de locomotieven van de serie V 60 vanaf het midden van de jaren 50 aan om het gebrek aan efficiënte rangeerlocomotieven te verhelpen. Het verschil tussen de series V 60 (260) en V 60.1 (261) is de hogere wrijvingslast van de serie 261. Deze machines, die op bijna alle Duitse rangeerterreinen te vinden zijn, haalden een topsnelheid van 30 km/u tijdens rangeermanoeuvres en een baanvaksnelheid van 60 km/u.
Vanaf 1 oktober 1987 werd de seriebenaming veranderd in 360 of 361 en werden de motoren gedegradeerd tot kleine locomotieven. Hierdoor konden ze worden bediend door kleine locomotiefbestuurders in plaats van de beter betaalde machinisten. De locomotieven die vanaf 1988 werden uitgerust met radioafstandsbediening en automatische rangeerkoppeling werden omgedoopt tot serie 364 of 365.